Hieronder zijn de begrote baten en lasten per taakveld weergegeven. De cijfers van de rekening 2018 zijn conform de vastgestelde Rekening 2018. De cijfers van de begroting 2019 zijn conform de cijfers van de Bestuursrapportage 2019-I, aangevuld met de budgetten die zijn overgeboekt van 2018 naar 2019 onder de noemer van ‘nog uit te voeren werken.’ Dit verklaart grotendeels waarom sommige lasten een hogere raming hebben in 2019 dan in 2020. Verder zijn de effecten op de exploitatie van de vastgestelde notitie reserves en voorzieningen in de cijfers van 2019 verwerkt.
Op hoofdlijnen lichten we de overige verschillen toe:
- De lagere lasten van taakveld 0.3 in 2020 ontstaan doordat in de exploitatie van 2019 de stelpost bouwkunde al is verdeeld over de budgetten.
- De lagere lasten van taakveld 5.2 in 2020 ontstaan doordat in de exploitatie van 2019 de stelpost bouwkunde al is verdeeld over de budgetten. Het restant van het verschil is kapitaallasten en NUW.
- De hogere baten op taakveld 7.3 in 2020 worden verklaard doordat de lasten zijn toegenomen en we 100% kostendekkendheid toepassen. De hogere lasten afval zijn voor een deel op andere taakvelden geraamd (bijv. onttrekking reserve).
- De lagere lasten op taakveld 8.1 in 2020 zijn te verklaren doordat de inhuur derden in 2019 hoger zijn geraamd dan in 2020. Verder is de raming in 2019 voor het project Omgevingswet hoger dan in 2020. De baten in 2019 op taakveld 8.1 zijn hoger, omdat er in 2019 extra opbrengsten zijn geraamd vanwege verkopen uit snippergroen.
Begrote lasten en baten